Hôtel Le Bois des Chambres & Restaurant Le Grand Chaume

De Kamer van Catherina de’ Medici

published at 28/10/2022

Deze zogenoemde kamer werd zo door de familie de Broglie genoemd, omdat de koningin het Kasteel in 1550 had gekocht. Deze ruimte werd in de 16de eeuw gebruikt als feestzaal, eetzaal, wasruimte of receptieruimte.

Deze kamer bevindt zich het oudste wandtapijt uit de collecties van het Kasteel (De Geschiedenis van Perseus en Pegasus). Het werd eind 15e eeuw in Doornik vervaardigd. Verder zien we in dit vertrek het portret van Catherina de’ Medici, ten voeten uit afgebeeld (een kopie uit de 19e eeuw), een Vlaams wandtapijt uit het eind van de 16e eeuw (De Geschiedenis van David en Abigail) en een prachtig bed uit de 19e eeuw in Henri II-stijl, rijk versierd met houtsnijwerk. Verder is dit vertrek ingericht met een zetel uit de 16e eeuw, bij het bed staat een kast waarvan de voorzijde uit de 15e eeuw stamt en verfraaid is met een tafereel dat iconografisch kenmerkend is voor deze periode: in het bovenste deel zien we de drie theologale deugden, het geloof, de hoop en naastenliefde, en de vier seizoenen en in het onderste deel de vijf zintuigen.

In dit vertrek zijn bovendien zeventig medaillons en acht mallen uit de 18e eeuw te zien, van de hand van de Italiaanse kunstenaar Jean-Baptiste Nini. Nini realiseerde de portretten van een groot aantal beroemde personen uit zijn tijd: Lodewijk XV, Lodewijk XVI, Marie-Antoinette, Benjamin Franklin, alle leden van de familie Leray en andere, minder bekende personen (artsen, notarissen, bestuursleden enz.) Deze collectie staat vandaag de dag bekend als de omvangrijkste en meest gerenommeerde ter wereld.

 

Wandtapijt dat De Geschiedenis van Perseus en Pegasus uitbeeldt

Het wandtapijt dat Perseus en Pegasus uitbeeldt, is het oudste tapijt van het Kasteel, afkomstig uit de verzameling van de prins en prinses de Broglie, net als de twee andere tapijten in deze kamer. De Broglies verzamelden hun hele leven lang wandtapijten die dateerden tussen de 15e en de 18e eeuw. Dankzij deze collectie zijn ze erin geslaagd de oorspronkelijke decoratie van dit deel van het Kasteel te reconstrueren. Deze verzameling tapijten staat tegenwoordig bekend als een van de belangrijkste uit het Loire-dal. Dit wandtapijt, dat aan het einde van de 15e eeuw in Doornik werd geweven, verbeeldt De Geschiedenis van Perseus en Pegasus.

Perseus is gewapend met een zeis en een schild dat de godin Athena hem aanreikt, die we linksboven in de hoek kunnen onderscheiden. Om te ontsnappen aan de blik van de Gorgo Medusa die hem kan verstenen, snijdt Perseus haar hoofd af. Uit haar hals spuit bloed waaruit Pegasus wordt geboren, het gevleugeld paard van de goden in de Griekse mythologie. Daarna zien we, in het midden, een zangwedstrijd waar de dochters van Pieros het opnemen tegen de negen muzen van Apollo.  De berg van Helicon, in vervoering gebracht door deze zachte muziek, verrijst en dreigt de hemel te raken. Pegasus, op bevel van de Zeus, de koning der goden, slaat met zijn hoef op de berg om hem te dwingen te dalen tot aan zijn oorspronkelijke hoogte. De berg gehoorzaamt en laat een waterbron ontsnappen die de poëtische inspiratie bevordert. Dit heeft de geboorte van Orpheus tot gevolg, die we rechtsonder in de hoek van het wandtapijt kunnen zien.

 

De medaillons van Nini
In 1750 werd Jacques-Donatien Leray, een aristocraat die met de handel rijk was geworden, eigenaar van het landgoed van Chaumont-sur-Loire. Hij wilde de plaatselijke bevolking werk verschaffen en richtte vlak bij het Kasteel een bedrijf op met twee fabrieken, een pottenbakkerij en een kristalfabriek.
In 1772 droeg hij het beheer van zijn bedrijf over aan Jean-Baptiste Nini. Die was in 1717 geboren in het Italiaanse Urbino. Nini begon al op jonge leeftijd landschappen te graveren met zijn vader Domenico Nini, waarna hij ging studeren aan de Accademia Clementina van Bologna. Nini, die naar gravures en naar de natuur werkte, begon portretten van terracotta te maken, die de vorm van medaillons kregen. Deze piepkleine beeldhouwwerkjes hadden veel succes, door hun gelijkenis met de geportretteerde, hun sierlijkheid en de nauwkeurigheid waarmee de stoffen waren weergegeven. Ze werden veelvuldig nagebootst. In Chaumont zou de kunstenaar tot aan 1786 – het jaar waarin hij stierf – veel medaillons van vrienden en kennissen maken, zoals de familie Leray, maar ook van koninklijke en keizerlijke hoogheden, zoals keizerin Catharina II van Rusland.
In 1884 lieten de Broglies geulen graven voor de aanleg van een Engelse tuin. Een arbeider stuitte op brokstukken van gebroken medaillons die de koningen Lodewijk XV en Lodewijk XIV, koningin Marie-Antoinette en de geestelijke Aimé-Louis des Moulins de L’Isle voorstelden. De prins raakte gefascineerd door deze brokstukken en vroeg meerdere conservatoren en antiquairs om hulp bij de reconstructie van deze collectie. Die bestaat uit 70 medaillons en acht mallen en wordt beschouwd als de belangrijkste en meest prestigieuze ter wereld.